In 1981 stelde de Vries voor het festival een compilaties samen van Hollywood B-films. Ook bracht distributeur Film International in 1981 een vijftal compilaties van rechtenvrije korte films op 16mm van Charlie Chaplin uit, samengesteld door De Vries: Het koninkrijk van de lach, In de slag met het gezag, Koning Acrobaat, Showbusiness en Zonder diploma’s, alle van muziek voorzien door Ena Baga. Dat gold ook voor de andere stillefilmcompilaties van De Vries in 1981: Het dal der wilde paarden (westerns), Laurel and Hardy – Mannenbroeders, Lupino Lane – Drama de luxe, Mack Sennett’s slapstick parade, Mack Sennett’s concurrenten en Europese en Amerikaanse klassieken. De aanzienlijke privécollectie films van De Vries en zijn partner Ati Mul werd na lange tijd overgedragen aan de Stichting Vrienden van het Filmarchief en kwam uiteindelijk terecht bij EYE. De Vries publiceerde onder meer het boekje Tien Jaar Holland Animation: Rembrandt’s filmende erfgenamen (1983) en het artikel Joop Geesink, poppenfilmproducent (samen met Mul, 1984) dat de hoofdmoot vormde van de eerste (tevens laatste) editie van het kwartaaltijdschrift Animatie. De belangrijkste, internationaal toonaangevende publicaties van De Vries en Mul betreffen echter de Britse fotograaf en filmpionier Arthur Melbourne-Cooper, vooral bekend door zijn toepassing van stop-motiontechnieken. Ze publiceerden Arthur Melbourne-Cooper, Film Pioneer Wronged by History (1994), A Documentation of Sources (2004) en het boek They Thought It Was a Marvel, Arthur Melbourne-Cooper (1874-1961), Pioneer of Puppet Animation (2009). Een nieuw boek is in voorbereiding. Niet te verwarren met de gelijknamige altviolist en de gelijknamige dierkundige, maar de Tjitte de Vries die zijn archief over de Anti Apartheidsbeweging overdroeg aan het Instituut voor Internationale Sociale Geschiedenis (IISG) is wel dezelfde.
Tjitte de Vries
Nederlands journalist, filmonderzoeker en filmverzamelaar. Aanvankelijk (buitenland)verslaggever, onder meer bij het Parool, daarna (film)redacteur van het Vrije Volk. Initiatiefnemer voor de eerste persprijs op Film International, de Vrije Volkprijs voor de beste tijdens het festival vertoonde film zonder Nederlandse complilatdistributie. Het dagblad stelde 5.000 gulden beschikbaar om de winnende titel alsnog uit te kunnen brengen. De eerste winnaar was in 1978 de Filippijnse productie Mababangong bangungot/De geparfumeerde nachtmerrie (Kidlat Tahimik, 1977). Later zou de onderscheiding transformeren tot de KNF-prijs van het International Film Festival Rotterdam (IFFR).