77, nabij San Francisco, 17 juli, corticobasale degeneratie (CBD)
Oorspronkelijk Chinees steractrice, vanaf 1962 in Hongkong, sinds de jaren 70 in de Verenigde Staten. Verwierf de bijnaam ‘The Queen of Swords’ door haar vele rollen in wuxia-films, zoals de internationale hit Wohu canglong/Crouching Tiger, Hidden Dragon (als Jade Fox; Ang Lee, 2000). In eerste instantie bekend door haar samenwerking met regisseur King Hu, te beginnen met Da zui xia/Come Drink with Me (top-billed als de Gouden Zwaluw; 1966), en door talloze producties van de Shaw Brothers. Volgde aanvankelijk een balletopleiding. Filmdebuut in Da ji/The Last Woman of Shang (Yueh Feng, 1964), eerste hoofdrol in het Taiwanese Qing ren shi/Lovers’ Rock (top-billed; Pan Lei, 1964).
Ook in films als Die wang jiao wa/Operation Lipstick (top-billed; Umetsugu Inoue, 1967), Shen jian zhen jiang hu/The Thundering Sword (top-billed; Hsu Teng-Hung, 1967), Jin yan zi/Golden Swallow (top-billed; Chang Cheh, 1968), Yu luo cha/The Jade Raksha (top-billed; Ho Meng-Hua, 1968), Du long tan/Dragon Swamp (top-billed; Lo Wei, 1969), Fei dao shou/The Flying Dagger (top-billed; Chang, 1969), Hu dan/Raw Courage (top-billed; Lo, 1969), Long men jin jian/The Golden Sword (top-billed; Lo, 1969), Huang jiang nu xia/Lady of Steel (top-billed; Ho, 1970), Wu hu tu long/Brothers Five (top-billed; Lo, 1970),
Zhong kui niang zi/The Lady Hermit (top-billed; Ho, 1971), Ying zi shen bian/The Shadow Whip (top-billed; Lo, 1971), Tie wa/Attack of the Kung Fu Girls (top-billed; Lo, 1973), Lie ri nu wa zi/Lunatic Frog Women (top-billed; Lee Tso Nam, 1982), Tian xia di yi/All the King’s Men (Hu, 1983), Qi xiao fu/Painted Faces (Alex Law, 1988), San Ging Dou yu Fei Tin Mau/Flying Dagger (Chu Yen-Ping, 1993), Tong Pak Foo dim Chau Heung/Flirting Scholar (Lee Lik-Chi, 1993), Wing Chun (Yuen Woo-Ping, 1994), het Singaporese Zhen xin hua/The Truth About Jane and Sam (Yee Tung-Shing, 1999), Jung wa ying hong/A Man Called Hero (Andrew Lau, 1999), Shadow Mask (Jimmy Ko, 2001), Chik loh dak gung/Naked Weapon (Ching Shu-Tung, 2002), het Duitse Shanghai Baby (Berengar Pfahl, 2007), het Canadese They Wait/Demon Days (Ernie Babarash, 2007), Street Fighter: The Legend of Chun-Li (Andrzej Bartkowiak, 2009), het Singaporese Huan hun/Blood Ties (Chai Yee-Wei, 2009), het Nieuw-Zeelandse My Wedding and Other Secrets (Roseanne Liang, 2011), Yang men nu jiang zhi jun ling ru shan/Legendary Amazons (Frankie Chan, 2011), Shanghai Hotel (Jerry Allen Davis, 2011), het Chinese Yu qian shi wei/The Guardsman (top-billed; Jiao Xiaoyu, 2011) en Yì du mí jú/Singular Puzzle (Jie Xu, 2012),
het Engelse Lilting (top-billed; Hong Khaou, 2014), The Scroll of Wing Chun White Crane (top-billed; Leung Ka-Yan, 2014), het Australische Goldstone (Ivan Sen, 2016), het Canadese Meditation Park (top-billed; Mina Shum, 2017), In a New York Minute (Ximan Li, 2019) en de live-versie van Mulan (als koppelaarster; Niki Caro, 2020). Getuige in documentaires als Dragon Girls (Yves Montmayeur, 2016) en The King of Wuxia (over Hu; Lin Jing-Jie, 2022). Oprichter in 1997 van de King Hu Foundation, die de nalatenschap van de regisseur behartigt. Gescheiden van de Taiwanese zakenman Yuan Wen-Tung.