76, Engeland?, 22? december, doodsoorzaak onbekend
Engels grimeur, gespecialiseerd in (gezichts)prothesen voor horroreffecten. Zijn creatie van John Merrick (John Hurt) in The Elephant Man (David Lynch, 1980) deed de Academy of Motion Picture Arts and Sciences (AMPAS) besluiten om vanaf het daaropvolgende jaar een Oscar voor speciale make-up uit te reiken, maar Tucker won die nooit. Wel kreeg hij een BAFTA voor La guerre du feu/Quest for Fire (Jean-Jacques Annaud, 1981) en werd voor twee BAFTA’s (make-up en visual effects) genomineerd voor zijn werk aan The Company of Wolves (Neil Jordan, 1984). Tot zijn bekendste effecten behoren de toetakeling door een hond van Gregory Peck in The Boys from Brazil (Franklin J. Schaffner, 1978), de ontploffing van een obese Terry Jones in Monty Python’s The Meaning of Life (Jones, 1983), de doorboring van Thom Hoffmans gezicht in De vierde man (Paul Verhoeven, 1983) en de transformatie van Amitabh Bachchan in Black (Sanjay Leela Bhansali, 2005). Tucker was aanvankelijk operazanger en raakte zo gefascineerd door neusverlengingen. Voor veel van zijn vroege werk kreeg hij geen credit, bij voorbeeld de speciale make-up in de tv-serie I, Claudius (Herbert Wise, 1976) en films als The Go-Between (Joseph Losey, 1971), Zardoz (John Boorman, 1974), Vampira (Clive Donner, 1974) en Star Wars (George Lucas, 1977). Eerste officiële filmcredit voor Julius Caesar (Stuart Burge, 1970). Tot zijn overige films behoren Heb medelij, Jet! (Frans Weisz, 1975), Five Days One Summer (Fred Zinnemann, 1982), Dune (Lynch, 1984), Wetherby (David Hare, 1985), High Spirits (Jordan, 1988), Das Spinnennetz (Bernhard Wicki, 1989) en All Men Are Mortal (Ate de Jong, 1995). Hoofdpersoon van de Nederlandse tv-documentaire Skintricks (Hetty Krapels, 1986). Niet te verwarren met de Amerikaanse acteur Chris Tucker.