Glynis Johns

100, Los Angeles, 4 januari, natuurlijke dood

In Zuid-Afrika geboren Welsh actrice, danseres en zangeres, met de Zuid-Afrikaanse, Britse en Amerikaanse nationaliteot. Dochter van acteur Mervyn Johns en concertpianiste Alyce Steele-Wareham. Oscarnominatie (vrouwelijke bijrol) voor het in Australië gesitueerde The Sundowners (Fred Zinnemann, 1960). Ook bekend als zeemeermin in Miranda (top-billed; Ken Annakin, 1948), de tegenspeelster van Danny Kaye in The Court Jester/De hofnar (Melvin Frank en Norman Panama, 1955) en de moeder en suffragette in Mary Poppins (ook als zangeres van Sister Suffragette; Robert Stevenson, 1964). Getalenteerd jong ballerina speelde kinderrollen in verschillende toneelstukken. Filmdebuut als 15-jarige in South Riding (Victor Saville, 1938). Daarna in films als On the Night of the Fire (Brian Desmond Hurst, 1939), 49th Parallel (Michael Powell, 1941), The Adventures of Tartu (Harold S. Bucquet, 1943), The Halfway House (hoofdrol tegenover haar – echte – vader; Basil Dearden en Alberto Cavalcanti, 1944), Perfect Strangers (Alexander Korda, 1945), This Man Is Mine (Marcel Varnel, 1946), Frieda (Dearden, 1947), An Ideal Husband (Korda, 1947), Third Time Lucky/Quittte of dubbel (top-billed; Gordon Parry, 1949), Helter Skelter (cameo als Miranda; Ralph Thomas, 1949), Dear Mr. Prohack (Thornton Freeland, 1949), State Secret/The Great Manhunt (Sidney Gilliat, 1950) en Flesh and Blood (Anthony Kimmins, 1951).

Het in Engeland opgenomen No Highway in the Sky (tegenover James Stewart en Marlene Dietrich; Henry Koster, 1951) was Johns’ eerste Amerikaanse productie. Ze vervolgde haar carrière vervolgens aan beide zijden van de oceaan in films als The Magic Box (John Boulting, 1951), Appointment with Venus (Thomas, 1951), The Card (Ronald Neame, 1952), The Sword and the Rose (eerste Disney-productie; Annakin, 1953), Personal Affair/De romantische leeftijd (Anthony Pelissier, 1953), Rob Roy (Harold French, 1953), het gevangenisdrama The Weak and the Wicked (top-billed tegenover Diana Dors; J. Lee Thompson, 1954), The Seekers (Annakin, 1954), The Beachcomber (top-billed; Muriel Box, 1954), de Miranda-sequel Mad About Men/Gek op mannen (top-billed, ook als zangeres van I Can’t Resist Men; Thomas, 1954), Josephine and Men (top-billed; Boulting, 1955),

Loser Takes All (top-billed; Annakin, 1956), Around the World in 80 Days (Michael Anderson, 1956), All Mine to Give (top-billed; Allen Reisner, 1957), Another Time, Another Place (Lewis Allen, 1958), Shake Hands with the Devil (Anderson, 1959), The Spider’s Web (top-billed; Godfrey Grayson, 1960), de remake van The Cabinet of Caligari (top-billed; Roger Kay, 1962), The Chapman Report (George Cukor, 1962), Papa’s Delicate Condition (George Marshall, 1963), Dear Brigitte (Koster, 1965), Don’t Just Stand There (Ron Winston, 1968), Lock Up Your Daughters! (Peter Coe, 1969), Under Milk Wood (naar Dylan Thomas; Andrew Sinclair, 1971), The Vault of Horror (Roy Ward Baker, 1973), Nukie (top-billed; Sias Odendaal en Michael Pakleppa, 1987), Zelly and Me (Tina Rathbone, 1988), The Ref (Ted Demme, 1994), While You Were Sleeping (Jon Turteltaub, 1995) en Superstar (Bruce McCulloch, 1999). Op televisie onder meer ster van haar eigen sitcom Glynis (1963) en als Lady Penelope Peasoup in de serie Batman (1967). Ook zeer actief in het theater, bij voorbeeld als de eerste zangeres van Send In the Clowns in de originele Broadway-cast van Stephen Sondheims musical A Little Night Music (1973) en in verschillende stukken van Noel Coward. Onder meer gescheiden van acteur Anthony Forwood en schrijver Elliott Arnold.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.