June Havoc


96, Wilton CT, 28 maart, natuurlijke dood

Oorspronkelijk Canadees actrice, zangeres, danseres, schrijver en theaterregisseur, pseudoniem van Ellen Evangeline Hovick. Trad vanaf zeer jonge leeftijd op in vaudeville, samen met haar oudere zuster Louise, die later bekend zou worden als de stripper Gypsy Rose Lee. Danste en acteerde al vanaf 1918 als Baby June in korte films van Hal Roach, vaak tegenover Harold Lloyd. Daarna onder meer model, marathondanser en actrice in musicals. Kreeg in 1941 een contract bij RKO en maakte haar sprekende filmdebuut in Four Jacks and a Jill (Jack Hively, 1942). Daarna in films als Sing Your Worries Away (A. Edward Sutherland, 1942), Powder Town (Rowland V. Lee, 1942), My Sister Eileen (Alexander Hall, 1942), No Time for Love (Mitchell Leisen, 1943), Hello Frisco, Hello (H. Bruce Humberstone, 1943), Brewster’s Millions (Allan Dwan, 1945), Gentleman’s Agreement (Elia Kazan, 1947), Intrigue (Edwin L. Marin, 1947), The Iron Curtain (William A. Wellman, 1948), When My Baby Smiles at Me (Walter Lang, 1948), Red Hot and Blue (John Farrow, 1949), Chicago Deadline (Lewis Allen, 1949), The Story of Molly X (top-billed; Crane Wilbur, 1949), Follow the Sun (Sidney Lanfield, 1951), Lady Possessed (William Spier, 1952), The Private Files of J. Edgar Hoover (Larry Cohen, 1977), Can’t Stop the Music (Nancy Walker, 1980) en A Return to Salem’s Lot (Cohen, 1987). Havoc schreef in 1963 het toneelstuk Marathon 33, gebaseerd op haar eigen ervaringen als marathondanser. Voor de regie kreeg ze een jaar later een Tony-nominatie en het stuk zou mede de inspiratie vormen voor de film They Shoot Horses, Don’t They? (Sydney Pollack, 1969). Was onder meer getrouwd met regisseur William Spier.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.