77, nabij Mesa AZ, 1 april, beroerte
Amerikaans voormalig kindacteur. Speelde de zoon van Geraldine Page in de 3D-western Hondo (John Farrow, 1953) en was de menselijke hoofdrolspeler in de tv-serie The Adventures of Rin Tin Tin (1954-59). Debuteerde op 7-jarige leeftijd als gehandicapte jongen in de hoofdrol van de korte film Benjy (Fred Zinnemann, 1952), die ondanks deze dramatisering een Oscar won in de categorie beste korte documentaire. Ook in films als The Greatest Show on Earth (uncredited; Cecil B. DeMille, 1952), Something to Live For (uncredited; George Stevens, 1952), No Room for the Groom (Douglas Sirk, 1952), High Noon (uncredited; Zinnemann, 1952), The Atomic City (Jerry Hopper, 1952), O. Henry’s Full House (als slachtoffer van ontvoering; segment Howard Hawks, 1952), Desperate Search (Joseph H. Lewis, 1952), Hans Christian Andersen (uncredited; Charles Vidor, 1952), Jeopardy/Gevaar (John Sturges, 1953), Take Me to Town (Sirk, 1953), de 3D-western Arena (Richard Fleischer, 1953), Mister Scoutmaster/Hopman gezocht (Henry Levin, 1953), A Lion in the Streets (uncredited; Raoul Walsh, 1953), Ride Clear of Diablo/De duivel van Diablo (uncredited; Jesse Hibbs, 1954), The Raid (uncredited; Hugo Fregonese, 1954), Her Twelve Men (uncredited; Robert Z. Leonard, 1954), Ricochet Romance/The Matchmakers (Charles Lamont, 1954), Destry (George Marshall, 1954), Black Tuesday/Dinsdag zal er bloed stromen (uncredited; Fregonese, 1954), The Challenge of Rin Tin Rin (Robert G. Walker, 1958), de Disney-tv-film The Mooncussers (top-billed; James Neilson, 1962) en Bye Bye Birdie (George Sidney, 1963).
Verloor de casting van de hoofdrol in Shane (Stevens, 1953) op het laatste moment aan Brandon De Wilde. Hoewel Aaker, die aanvankelijk een zang- en dansduo vormde met zijn broer Dee Aaker, als volwassene het beroep van timmerman uitoefende, kon hij naar verluidt moeilijk wennen aan een bestaan buiten de filmsets, zoals menige andere voormalige kindster. Hij zou verslavingsproblematiek ontwikkelen en uiteindelijk berooid en eenzaam sterven, zonder middelen voor de uitvaart (‘indigent decedent’).