88, Montdurausse (Tarn), 23 september, natuurlijke dood
Amerikaans actrice. Bereikte sterstatus door één enkele rol, van de harmonieus ogende, maar diabolische ‘nurse’ Ratched in de verfilming van Ken Keseys One Flew over the Cuckoo’s Nest (Milos Forman, 1975), bekroond als beste actrice met een Oscar, een Golden Globe en een BAFTA. In haar dankwoord bij de Oscars richtte ze zich in gebarentaal tot haar dove ouders. Bleef vervolgens vier decennia actief, ook in tv-series als StarTrek: Deep Space Nine (1993-99), ER (2005), Shameless (2011-12) en Girlboss (Netflix; 2017), maar in films van gemiddeld afnemend prestige. Begon haar acteercarrière in tv-series als The Untouchables (Joe Parker, 1959), en Perry Mason (1960), maar vooral westernseries als Lawman (1959), Maverick (1959) en Wagon Train (1959-60), omdat ze door haar lengte van 1m76 minder geschikt werd geacht voor romantische rollen. Na een kleine filmrol in A Gathering of Eagles/Alarm voor squadron 904! (Delbert Mann, 1963), verdween Fletcher een jaar of tien uit beeld om zich aan haar gezin te wijden. Opvallende comeback in Thieves Like Us (Robert Altman, 1974), mede geproduceerd door Fletchers echtgenoot Jerry Bick. Ze speelde ook in Bicks productie voor de Altman-clan Russian Roulette/Het spel met de dood (Lou Lombardo, 1975). Ruzie tussen Altman en Bick leidde ertoe dat de voor Fletcher geschreven rol in Nashville (Altman, 1975) aan Lily Tomlin werd gegund, maar in plaats daarvan koos Forman haar uit voor de rol van de onvergetelijke hoofdzuster.
Daarna was Fletcher zeer in trek in Hollywood en speelde onder meer in Exorcist II: The Heretic (John Boorman, 1977), Neil Simons pastiche The Cheap Detective (Robert Moore, 1978) en The Lady in Red (Lewis Teague, 1978). Daarna ook in kleinere producties, bij voorbeeld The Magician of Lublin (Menahem Golan, 1979), Natural Enemies (Jeff Kanew, 1979), het in Nederland (De Rijp) opgenomen The Lucky Star (als Loes Bakker; Max Fischer, 1980), Mama Dracula (top-billed in titelrol; Boris Szulzinger, 1979), Strange Behavior (Michael Laughlin, 1980) en Strange Invaders (Laughlin, 1983).
Vervolgens in onder meer Brainstorm (Douglas Trumbull, 1983), Grizzly II: The Predator (André Szöts, 1983), Firestarter (Mark L. Lester, 1984), Once upon a Time in America (alleen in de extralange versie; Sergio Leone, 1984), Invaders from Mars (Razzie-nominatie voor slechtste vrouwelijke bijrol; Tobe Hooper, 1986), The Boy Who Could Fly (Nick Castle, 1986), Nobody’s Fool (Evelyn Purcell, 1986), Flowers in the Attic (top-billed; Jeffrey Bloom, 1987), Two Moon Junction (Zalman King, 1988), Best of the Best (Robert Radler, 1989), Shadowzone (top-billed; J.S.. Cardone, 1990), Blue Steel (Kathryn Bigelow, 1990), The Player (als zichzelf; Altman, 1992), On Deadly Ground (cameo; Steven Seagal, 1994), Giorgino (Laurent Boutonnat, 1994), Virtuosity (Brett Leonard, 1995), Return to Two Moon Junction (Farhad Mann, 1995), Mulholland Falls (cameo; Lee Tamahori, 1996), 2 Days in the Valley (John Herzfeld, 1996), High School High (Hart Bochner, 1996), Gone Fishin’ (cameo; Christopher Cain, 1997), Love Kills (Mario Van Peebles, 1998), Cruel Intentions (Roger Kumble, 1999), A Map of the World (Scott Elliott, 1999), Big Eden (Thomas Bezucha, 2000), Very Mean Men (Tony Vitale, 2000), More Dogs than Bones (Michael Browning, 2000), Manna from Heaven (Gabrielle en Maria Burton, 2002), Aurora Borealis (James C. E. Burke, 2005), Fat Rose and Squeaky (top-billed; Sam Irvin, 2006), The Last Sin Eater (top-billed; Michael Landon Jr., 2007), Cassadaga (Anthony Di Biasi, 2011) en het al in 2000 in Nederland gedraaide A Perfect Man/Dial 9 for Love/Men Are Dogs (Kees van Oostrum, 2013), Gescheiden van literair agent en producent Jerry Bick.