Margit Carstensen

83, Heide (Sleeswijk-Holstein), 1 juni, doodsoorzaak onbekend

Duits actrice. Top-billed in de titelrol van Die bitteren Tränen der Petra von Kant (Rainer Werner Fassbinder, 1972). Maakte geruime tijd deel uit van Fassbinders vaste ensemble en speelde hoofdrollen in de tv-registratie van Bremer Freiheit: Frau Geesche Gottfried – Ein bürgerliches Trauerspiel (top-billed in titelrol; 1972) en zijn tv-films Das Kaffeehaus (top-billed; 1970), Die Niklashauser Fart (samen met Michael Fengler, 1970), Nora Helmer (top-billed; 1974), Martha (top-billed; 1974), Angst vor der Angst (top-billed; 1975) en Frauen in New York (1977). Ook onder regie van Fassbinder te zien in de films Mutter Küsters’ Fahrt zum Himmel (1975), Satansbraten (1976), Chinesisches Roulette (1976), Die dritte Generation (1979) en de tv-series Acht Stunden sind kein Tag (1972), Welt am Draht (1973) en Berlin Alexanderplatz (1980). Later een vaste kracht in films van regisseur Christoph Schlingensief, zoals 100 Jahre Adolf Hitler – Die letzte Stunde im Führerbunker (als Magda Goebbels; 1989), Terror 2000 – Intensivstation Deutschland (top-billed; 2000) en de Fassbinder-hommage Die 120 Tage von Botttrop (top-billed, als zichzelf; 1997).

Ook te zien in Die Ahnfrau – Oratorium nach Franz Grillparzer (Peer Raben, 1971), Die Zärtlichkeit der Wölfe (Ulli Lommel, 1973), Adolf und Marlene (als Marlene Dietrich; Lommel, 1977), Possession (Andrzej Zulawski, 1981), Liebeskonzil (Werner Schroeter, 1982), Die wilden Fünfziger (Peter Zadek, 1983), Bittere Ernte (Agnieszka Holland, 1985), La moitié de l’amour (top-billed; Mary Jimenez, 1985), Feuerreiter (Nina Grosse, 1998), Sonnenallee (Leander Haussmann, 1999), Manila (Romuald Karmakar, 2000), Scherbentanz (Chris Kraus, 2002), Agnes und seine Brüder (Oskar Roehler, 2004), It Is Fine! Everything Is Fine. (top-billed; David Brothers en Crispin Glover, 2007), Hände weg von Mississippi (Detlev Buck, 2007) en Finsterworld (Frauke Finsterwalder, 2013). Carstensen synchroniseerde Irm Hermann na in Fontane Effi Briest (Fassbinder, 1974), Ze treedt op in een aantal documentaires over Fassbinder: Der Kulturbetrieb braucht so was wie mich: Ansichten des Rainer Werner Fassbinder (Gert Ellinghaus, 1976), Frauen über R. W. Fassbinder (Thomas Honickel, 1992) en Fassbinder (Annekatrin Hendel, 2015). De stelling valt te verdedigen dat Carstensen van alle Fassbinder-acteurs enkele van de kenmerken van zijn werk (gestileerde perversiteit, melodramatisch acteren, fascinatie met de Duitse geschiedenis, ‘Bürgerschreck’) het meest trouw is gebleven.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.