81, Guingamp (Côtes-d’-Armor), 22 november, natuurlijke dood
Frans actrice. Vooral te zien in Duitse (co)producties, zoals een aantal Karl May-verfilmingen, te beginnen met de rol van Winnetou’s zuster Nscho-tschi in Winnetou/De onverwinnelijke roodhuid (Harald Reinl, 1963). Had ook een kleine rol in Paris Blues (Martin Ritt, 1961). Debuut als 17-jarige in A Tale of Two Cities (Ralph Thomas, 1958), naar Charles Dickens’ roman over de Franse Revolutie. Ook in bij voorbeeld Il peccato degli anni verdi (top-billed; Leopoldo Trieste, 1960), Chien de pique/Jack of Spades (Yves Allégret, 1960), Das schwarz-weiss-rote Himmelbett/Één bed voor twee (Rolf Thiele, 1962), The Young Racers (Roger Corman, 1963), Kennwort…Reiher/The River Line (Rudolf Jugert, 1964), Sandok, il Maciste della giungla/Temple of the White Elephant (Umberto Lenzi, 1964), Der Schut/The Yellow One (naar May; Robert Siodmak, 1964), Halløj i himmelsengen/2 X 2 im Himmelbett (Erik Balling, 1965), Durchs wilde Kurdistan/Door het woeste Koerdistan (naar May; Franz Josef Gottlieb, 1965), Im Reich des silbernen Löwen/In het Rijk der Zilveren Leeuwen (naar May; Gottlieb, 1965), Ferien mit Piroschka (Gottlieb, 1965), The Brides of Fu Manchu (Don Sharp, 1966), Paris brûle-t-il?/Is Paris Burning? (René Clément, 1966), Winnetou und sein Freund Old Firehand/Thunder at the Border (naar May; Alfred Vohrer, 1966), Liebesnächte in der Taiga/Code Name Kill (naar Konsalik; Harald Philipp, 1967) en Winnetou – Der letzte Kampf (naar May, cameo als oude dame; Philipp Stölzl, 2016). Ook te zien in de documentaire Winnetou darf nicht sterben (Oliver Schwehm, 2007) over haar tegenspeler Pierre Brice. Weduwe van regisseur en schrijver Pierre Viallet.