94, Northridge CA, 30 januari, natuurlijke dood
Amerikaans zangeres, voluit Patricia Marie Andrews. Jongste en langstlevende van The Andrews Sisters, een trio dat voorts bestond uit LaVerne (1911-1967) en Maxene (1916-1995), allen geboren in Minnesota en van Noors-Griekse afkomst. De mezzosopraan stond meestal in het midden. Ze scoorden klassieke hits als Bei mir bist du schoen (1937), Boogiewoogie BugleBoy (1941) en Rum andCoca-Cola (1944), traden veel op met Bing Crosbyen voor een publiek van militairen tijdens de Tweede Wereldoorlog. De zusjes waren te zien en horen in verschillende muziekfilms, zoals Argentine Nights (Albert S. Rogell, 1940), tegenover Abbott & Costello in Buck Privates (Arthur Lubin, 1941), In the Navy/Bij de marine (Lubin, 1941) en Hold That Ghost/Het spookhuis (Lubin1941).
daarna wederom voor Universal in een serie films, collectief top-billed: What’s Cookin’? (Edward F. Cline, 1942), Private Buckaroo(Cline, 1942), Give Out, Sisters (Cline, 1942), Always a Bridesmaid(Erle C. Kenton, 1943), How’s about It (Kenton, 1943) en Swingtime Johnny (Cline, 1943). Ze konden niet ontbreken in de patriottische all-star cast van Follow the Boys (A. Edward Sutherland, 1944) en Hollywood Canteen (DelmerDaves, 1944). Voorts gezamenlijk in Moonlight and Cactus (top-billed; Cline, 1944),
Her Lucky Night (top-billed; Edward C. Lilley, 1945) en Road to Rio (Norman Z. McLeod, 1947). Het drietal zong bij een klassieke korte tekenfilm van Disney over een sleepboot, Little Toot (Clyde Geronimi, 1954)
en was te zien in de compilatiedocumentaires Brother Can You Spare a Dime (Philippe Mora, 1975) en Entertaining the Troops (Robert Mugge, 1994). Solo was Patty te zien in het zelden vertoonde curiosum The Phynx (Lee H. Katzin, 1970) waarin een rockband door de Albanese regering gegijzelde sterren (James Brown, Trini Lopez, Johnny Weissmuller) weet te bevrijden. Gescheiden van agent en producent Martin Melcher, die daarna zou hertrouwen met Doris Day.