85, Amsterdam. 11 april, gevolgen van kanker
Nederlands actrice. Dochter van acteurs Cees Laseur en Mary Dresselhuys, zuster van journalist Merel Laseur. Top-billed en genomineerd voor een Gouden Kalf als de moeder in Familie (Willem van de Sande Bakhuyzen, 2001). Filmdebuut in de verfilming van Ivo Michiels’ Het afscheid (top-billed tegenover Julien Schoenaerts, 1966). Eindexamen Amsterdamse Toneelschool in 1959, verbonden aan de gezelscgappen Nederlandse Comedie, Globe en Publiekstheater. Tweevoudig winnaar van de Theo d’Or voor de beste vrouwelijke hoofdrol in het theater, voor Hedda Gabler (1973) en Groot en klein (1981). Ook in films als Flanagan (Adriaan Ditvoorst, 1975), het middellange Achter glas (Ab van Ieperen, 1981), De mannetjesmaker (Hans Hylkema, 1983), Giovanni (Annette Apon, 1983), Oscarwinnaar Antonia (Marleen Gorris, 1995), The Discovery of Heaven (als verpleegster; Jeroen Krabbé, 2001), Bella Bettien (Hans Pos, 2001), de korte eindexamenfilms Requiem für eine Freundin (top-billed; Mischa Kroes, 2004) en Ons aller onkruid (top-billed; Jos van Meerveld, 2017), Leef! (Van de Sande Bakhuyzen, 2005), Bride Flight (als de oudere Elise Schaap; Ben Sombogaart, 2008), 21/11 Het spel van de wolf (over de moord op Theo van Gogh; Thomas Korthals Altes, 2014) en de korte film Viskom (Dennis Overeem, 2014).
Op televisie onder meer in de series De stille kracht (Walter van der Kamp, 1974), Dossier Verhulst (1986-87), Enneagram (top-billed in aflevering Nicole van Kilsdonk, 2003), Rozengeur & Wodka Lime (2005), Levenslied (2011-13) en de telefilm Nooit te oud (Pollo de Pimentel, 2013). Ook op televisie als de Pythia in de Herodotus-verfilming Het orakel (Hans Keller, 1974), als Jenny Gilliams in Mensch durf te leven (Dimitri Frenkel Frank, 1980) en in de miniserie De enclave (over Srebrenica; Van de Sande Bakhuyzen, 2002). Getuige in de documentaires Allemaal Theater van 1945 tot nu (aflevering Noud Holtman, 2004) en Ko van Dijk, een hommage (Hans Pool en Ireen van Ditshuyzen, 2007). Weduwe van dichter Martin Veltman.