83. Northridge CA, 23 augustus, chronische longziekte
In Zuid-Afrika geboren, oorspronkelijk Engels kinderactrice, pseudoniem van Sybil Jacobson. Sterretje van de Londense revue werd door Warner Bros. gecontracteerd als antwoord op Shirley Temple, na een debuut in de Engelse productie Barnacle Bill (Harry Hughes, 1935). Grappig genoeg zou die ambitie nooit waargemaakt worden, mede door problemen met een Zuid-Afrikaans accent, maar sloot ze wel een levenslange vriendschap met Temple, na rollen tegenover haar in The Litttle Princess (Walter Lang, 1939) en The Blue Bird (Lang, 1940) – Jasons twee laatste films. Ook was ze te zien in Dance Band (Marcel Varnel, 1935), Little Big Shot (top-billed; Michael Curtiz, 1935), I Found Stella Parish (Mervyn LeRoy, 1935), The Singing Kid (tegenover Al Jolson; William Keighley, 1936), The Great O’Malley/De schrik van wijk Zeven (tegenover Pat O’Brien en Humphrey Bogart; William Dieterle, 1938) en Comet over Broadway (Busby Berkeley, 1938), alsmede als de ster van enkele korte films. Publiceerde in 2005 een goed verkopende autobiografie: My Fifteen Minutes: An Autobiography of a Child Star of the Golden Era of Hollywood.