98, Los Angeles, 27 juli, natuurlijke dood
Amerikaans zanger en filmacteur, pseudoniem van Alvin Morris, soms optredend als Anthony Martin. Vroege popzanger, die zijn eerste hit scoorde in 1938 en in vele films optrad. Twee van de door hem in een film gezongen liedjes kregen een Oscarnominatie: It’s a Blue World (ChetForrest/Bob Wright) uit Music in My Heart (Joseph Santley, 1940) en For Every Man There’s a Woman (Harold Arlen/Leo Robin) uit Casbah (John Berry, 1948).
Officieus debuut als matroos in de Astaire-Rogers-musical Follow the Fleet/Leve de Jantjes (Mark Sandrich, 1936), eerste sprekende rol in Back to Nature (James Tinling, 1936). Voorts onder meer onder contract bij 20th Century-Fox in Sing, Baby, Sing (Sidney Lanfield, 1936), Pigskin Parade (David Butler, 1936), Banjo on My Knee (John Cromwell, 1936), Sing and Be Happy (top-billed; Tinling, 1937), You Can’t Have Everything/Je kunt niet alles hebben (Norman Taurog, 1937), tegenover The Ritz Brothers in Life Beginsin College (William A. Seiter, 1937) en Kentucky Moonshine(Butler, 1938), in Ali Baba Goes to Town/Ali Baba gaat op stap (Butler, 1937), Sally, Irene and Mary (Seiter, 1938), Thanks for Everything (Seiter, 1938) en Winner Take All (top-billed; Otto Brower, 1939). Daarna voor MGM in Ziegfeld Girl (Robert Z. Leonard en Busby Berkeley, 1941), The Big Store/Paniek in het warenhuis (met the Marx Brothers; Charles Reisner, 1941) en Till the Clouds Roll By (Richard Whorf, 1946). Tot Martins latere films behoren Two Tickets to Broadway (top-billed; James V. Kern, 1951), Here Come the Girls (Claude Binyon, 1953), het Esther Williams-vehikel Easy to Love (Charles Walters, 1953),
Deep in My Heart (Stanley Donen, 1954), Hit the Deck (Roy Rowland, 1955), Quincannon, Frontier Scout (top-billed; Lesley Selander, 1956), Let’s Be Happy (Henry Levin, 1957) en een cameo in Dear Mr.Wonderful (Peter Lilienthal, 1982). Gescheiden van zijn vaste tegenspeelster in de Fox-periode Alice Faye, weduwnaar van danseres en actrice Cyd Charisse.